Snelheid op de provinciale wegen


Provinciale wegen hebben vaak een doorstroomfunctie. Ze zijn bedoeld om kernen en het landelijk gebied met elkaar te verbinden. Een goede doorstroming van het verkeer is daarbij essentieel. De maximumsnelheid op de provinciale wegen is normaal gesproken buiten de bebouwde kom 80 km/u en binnen de bebouwde kom 50 km/u. De provincie heeft ook auto(snel-)wegen in beheer met een hogere maximum snelheid en zogenoemde erftoegangswegen met een maximum snelheid van 60 km/u.

Als er te hard wordt gereden

De provincie meet buiten de kom op veel locaties de verkeersdrukte, hoeveelheid vrachtverkeer, gereden snelheden en ongevalscijfers. We kunnen extra metingen doen als dit vanuit de omgeving wordt gevraagd. Door toelichting vanuit omgeving is nauwkeuriger onderzoek mogelijk. Wanneer blijkt dat er inderdaad onveilige situaties ontstaan door te hoge snelheid van het verkeer, onderneemt de provincie actie. Dit kan zijn:

  • Gedragsbeïnvloeding: Hierbij proberen we het verkeer bewust te maken van de snelheid, bijvoorbeeld door het plaatsen van snelheidsdisplays of waarschuwingsborden.
  • Infrastructurele maatregelen: Hierbij wordt de weg aangepast, bijvoorbeeld door de weg smaller te maken, een kruising veiliger te maken door het realiseren van rotonde of het plaatsen van verkeerslichten of het aanpassen van (fiets)oversteekplekken. Deze maatregelen zijn vaak kostbaar en hebben een langere doorlooptijd door procedures. Daarom worden ze bijna altijd gecombineerd met groot onderhoud van de weg.
  • Verzoek tot handhaving bij het ministerie: De provincie kan het openbaar ministerie (OM) verzoeken om de verkeerssnelheid te handhaven op een traject. Het is aan het OM en de politie of handhaving mogelijk is en welke manier van handhaving wordt gekozen. Denk hierbij aan radarcontroles, flexflitser en vaste flitspalen. U kunt als inwoner ook zelf een verzoek tot handhaving doen bij de politie.

Kan de snelheid worden verlaagd?

De huidige maximum snelheden zijn gebaseerd op een optimale doorstroming van het verkeer. De weg is ook zo aangelegd dat deze past bij de snelheid die wordt toegestaan. Aanpassen van de snelheid gebeurt dus niet zomaar. Het kan een nadelig effect hebben op de doorstroming en het vraagt vaak om een aanpassing van de weg.

De provincie onderzoekt het plaatselijk verlagen van de snelheid alleen als de maatregelen gedragsbeïnvloeding, infrastructurele aanpassingen en handhaving onvoldoende effect hebben.

Daarnaast wordt soms een (aanzienlijk deel van de) provinciale weg aangepast naar erftoegangsweg (met een lagere maximum snelheid). Dat gebeurt als dat beter past bij de (verkeerskundige) functie van de weg in het Brabantse wegennet. Of als de weginrichting niet goed aanpasbaar is om de snelheid te faciliteren, bijvoorbeeld door ruimtegebrek.

Herinrichten in combinatie met groot onderhoud

Voor het herinrichten zijn vaak grote aanpassingen nodig aan de inrichting van de weg. Daarom wordt dit normaal gesproken alleen overwogen als de weg toe is aan groot onderhoud of een reconstructie. Een uitzondering is dat vanuit verkeersveiligheid de urgentie dusdanig hoog is of een ontwikkeling naast onze provinciale weg vraagt om een snelle aanpassing.

Veilig oversteken op de provinciale weg

Op onze provinciale wegen faciliteren we veel autoverkeer, langzaam verkeer (fietsers en voetgangers) en ook vrachtverkeer. Het oversteken van provinciale wegen kan daardoor onveilig voelen, zeker als er (te) hard gereden wordt. De provincie zorgt voor zo veilig mogelijke oversteekplekken, zeker op doorgaande fietsroutes en schoolroutes. Voor fietsers betekent dit vaak dat we een middeneiland aanleggen, zodat de weg in twee delen overgestoken kan worden. Soms moet een kruising heringericht worden om een veilige oversteek te maken. Het is niet altijd mogelijk om overal oversteekplekken te maken. Dit zou de verkeersdoorstroming behoorlijk beïnvloeden en niet overal is voldoende ruimte of het aantal overstekers beperkt voor de investering. We zien soms oversteekpaadjes ontstaan, de zogenoemde olifantenpaadjes. Deze zijn onwenselijk, want zomaar de provinciale weg oversteken kan gevaarlijk zijn. De provincie haalt deze paadjes daarom ook weg als we ze als onveilig beschouwen. Als een route een logisch ommetje is of een functionele relatie met de overzijde dan kan ook gekeken worden de oversteekplaats veilig in te richten.


Heeft u vragen?

Maak dan gebruik van het vragenformulier of bel met het algemene telefoonnummer van de provincie.