Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant hebben van Stichting Amphia een aanvraag om een vergunning op grond van de Ontgrondingenwet ontvangen. De aanvraag heeft betrekking op het project vijver/waterberging Amphia Breda, gelegen op het perceel kadastraal bekend gemeente Ginneken, sectie A, nummer 6843.

De besluitvorming op deze aanvraag is door het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant gemandateerd aan de directeur van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant.

De directeur van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant maakt namens Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant bekend dat zij op grond van de Ontgrondingenwet de vergunning voor de aanvraag verlenen.

De definitieve beschikking is niet gewijzigd ten opzichte van de ontwerpbeschikking.

Wat houdt het project in?
De ontgronding betreft de aanleg van een vijver ten behoeven van waterberging binnen de grenzen van het nieuwbouwproject van het Amphia ziekenhuis. De oppervlakte van deze vijver beperkt zich tot 3.300m2 en de maximale diepte betreft 3,80 m-mv. De maximaal te vergraven hoeveelheid bedraagt 10.500m3. en deze word geheel verwerkt binnen het totaal project van de nieuwbouw.

Waar en wanneer kunt u de stukken inzien?
De definitieve beschikking en de aanvraag met bijbehorende stukken liggen op 13 oktober 2018 ter inzage bij de gemeente Breda. Voor locatie, tijdstippen en dagen waarop u de stukken kunt inzien, verwijzen wij naar de website van de gemeente.

Het is ook mogelijk om de stukken in te zien bij de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant, Wal 28 in Eindhoven. U kunt daarover contact opnemen met de heer E. Huijbregts, telefoonnummer (088) 3690 548. Vanaf het moment dat de stukken ter inzage liggen, kunt u de beschikking inzien via www.brabant.nl/loket/verleende-vergunningen.

Wanneer, door wie en hoe kan beroep worden ingesteld?
Als u het niet eens bent met dit besluit, kunt u een beroepschrift indienen. Er kan tot zes weken na de publicatie van dit besluit, en wel tot en met 24 november 2018 beroep worden ingesteld door belanghebbenden die:
- redelijkerwijs niet kunnen worden verweten geen zienswijzen naar voren te hebben gebracht over de ontwerpbeschikking.

Het beroepschrift wordt ondertekend en bevat:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. de dagtekening;
c. een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht;
d. de gronden van het beroep.
Zo mogelijk wordt een afschrift van het besluit waarop het geschil betrekking heeft, door u overgelegd.

Het beroepschrift kunt u richten aan:
de Voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Postbus 20019
2500 EA in Den Haag.

Het instellen van beroep schorst de werking van de beschikking niet op. Als tijdig een beroepschrift is ingediend kan bij een spoedeisend belang een voorlopige voorziening worden gevraagd. Deze kunt u richten aan:

de Voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Postbus 20019
2500 EA Den Haag.
Er zijn kosten verbonden aan het vragen van een voorlopige voorziening (griffierecht).

De verleende vergunning treedt in werking de dag na afloop van de beroepstermijn. Indien gedurende deze periode door belanghebbenden bij de Voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een verzoek om voorlopige voorziening is gedaan, treedt de vergunning niet in werking voordat op dat verzoek is beslist.

Aan deze procedure is het kenmerk HZ_ONG-2018-5270 gekoppeld. Wij vragen u bij correspondentie dit kenmerk te vermelden.


Eindhoven, oktober 2018.


Geldig in de volgende locatie(s)

  • Breda