Het project Windenergie A16
Met het inpassingsplan wordt minimaal 100 MW aan windenergie mogelijk gemaakt in de A16-zone door bouw van 28 windmolens. Daarmee levert het project een belangrijke bijdrage aan de afspraken die de provincie heeft gemaakt om eind 2020 minimaal 470,5 MW aan windenergie te hebben gerealiseerd.
Provinciale Staten hebben op 28 september 2018 het Inpassingsplan Windenergie A16 met planidentificatienummer NL.IMRO.9930.ipWindenergieA16-va01vastgesteld. Om de windmolens te kunnen bouwen, hebben GS na vaststelling van het inpassingsplan op 2 oktober 2018 de omgevingsvergunningen verleend op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Inpassingsplan en omgevingsvergunningen liggen met ingang van 12 oktober tot en met 22 november ter inzage voor beroep bij de Raad van State.

Uitvoeringsbesluiten fase 2
Om de komst van windmolens langs de A16 mogelijk te maken zijn er naast bovenstaande besluiten nog een aantal uitvoeringsbesluiten nodig. Het gaat in deze fase om een viertal vergunningen voor de instandhoudingsdoelstellingen voor Natura 2000-gebied (artikel 2.7, tweede lid Wet natuurbescherming) en elf ontheffingen (artikel 3.3, eerste lid, en, in een enkel geval, 3.8, tweede lid Wet Natuurbescherming) omdat onder andere beschermde vogelsoorten (en in een enkel geval ook onder enkele vleermuizensoorten) aanvaringslachtoffers met de windmolens worden voorzien.

Kennisgeving van 15 besluiten in het kader van de Wet Natuurbeheer
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant maken bekend dat zij voornemens zijn een besluit te nemen op een aanvraag voor vergunningen en ontheffingen in het kader van de Wet natuurbescherming. Het gaat om:
Vier inrichtingen (met 1 tot 6 windmolens) waarvoor een besluit wordt genomen op grond van artikel 2.7, tweede lid, Wet natuurbescherming. Het gaat om de meest noordelijke windmolens waarvoor vergunning is aangevraagd wegens mogelijke verslechtering van de kwaliteit van de natuurlijke habitats of de habitats voor soorten en/of een mogelijk verstorend effect op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen, gelet op de instandhoudingsdoelstellingen voor het Natura 2000-gebied. Over deze besluiten kan door eenieder een zienswijze naar voren worden gebracht;
Elf inrichtingen (met 1 tot 6 windmolens) waarvoor een besluit wordt genomen op grond van artikel 3.3, eerste lid en, in een enkel geval ook op grond van artikel 3.8, tweede lid, Wet natuurbescherming. Voor alle windmolens worden aanvaringslachtoffers onder beschermde vogelsoorten voorzien (en in een enkel geval ook onder enkele vleermuissoorten) waarvoor ontheffing is aangevraagd voor het niet-opzettelijke doden of verwonden van de betreffende soorten.

Gecoördineerde procedure
GS bevorderen op grond van de Wet ruimtelijke ordening de coördinatie van de besluiten. De vergunningen en ontheffingen op grond van de Wet natuurbeheer maken deel uit van de coördinatiebesluiten die PS in 2017 en 2018 genomen hebben. Dat betekent dat de bekendmaking van (ontwerp-)besluiten, de gelegenheid tot het naar voren brengen van zienswijzen daarop en het indienen van beroep daartegen, voor de verschillende besluiten in fase 2 gelijktijdig plaatsvindt.

Periode terinzagelegging voor zienswijzen
De ontwerpbesluiten en de bijbehorende stukken zijn met ingang van 30 oktober 2018 tot en met 10 december 2018 in te zien bij de Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN), Victorialaan 1 b-g, 5213 JG te 's-Hertogenbosch. Telefoonnummer (0485) 729 189. Het besluit is digitaal op te vragen via e-mail info@odbn.nl of terug te vinden op de website www.brabant.nl/loket/vergunningen-meldingen-en-ontheffingen/op-soort/soort-overzicht.

Eenieder kan tot en met 10 december 2018 ten aanzien van het ontwerpbesluit schriftelijk of mondeling een zienswijzen naar voren brengen bij Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant (p/a Omgevingsdienst Brabant Noord, Postbus 88, 5430 AB Cuijk
U dient bij correspondentie 'Windpark A16' te vermelden, met de locatie van het windpark en het type besluit waarvoor u uw zienswijze naar voren brengt (Natura 2000 of ontheffing).

De provincie zal de zienswijzen behandelen. Mede op basis van de zienswijzen vindt definitieve besluitvorming inzake fase 2 plaats. Na definitieve besluitvorming volgt publicatie van de genomen besluiten. Dan kunnen belanghebbenden die in de ontwerpfase zienswijzen hebben ingediend of belanghebbenden aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten geen zienswijzen te hebben ingediend beroep instellen bij de Raad van State.

Crisis- en herstelwet
Omdat Windpark A16 een project betreft als bedoeld in het eerste lid van artikel 9b van de Elektriciteitswet, is op grond van artikel 1.1, eerste lid, onder a in samenhang met categorie 1.1 van bijlage I van de Crisis- en herstelwet, de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dit brengt onder meer met zich mee dat:
de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, na afloop van de beroepstermijn, een termijn van 6 maanden heeft voor het doen van een uitspraak op een beroep;
dat het beroepschrift meteen de gronden van beroep moet bevatten. Het indienen van een pro-forma beroepschrift of het aanvullen na afloop van de beroepstermijn zijn niet mogelijk.


's-Hertogenbosch, oktober 2018.


Geldig in de volgende locatie(s)

  • Alphen-Chaam
  • Breda
  • Drimmelen
  • Moerdijk
  • Zundert