Besluiten, vergunningen, meldingen en ontheffingen

het gedeeltelijk intrekken van de omgevingsvergunning d.d. 14 oktober 1997 voor een milieubelastende activiteit ingevolge de Omgevingswet, voor zover deze ziet op de slibvergisting, verricht op de locatie Waardjesweg 50 te Asten.

het laten vervallen van de expiratiedatum van een omgevingsvergunning voor de opslag van heet-zout

het stoppen van een veehouderij en het omschakelen naar een akkerbouwbedrijf met als nevenactiviteit kleinschalig kamperen, in het kader van de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv)

de omschakeling van een varkenshouderij naar een verhuurbedrijf van machines en landbouwwerktuigen, in het kader van de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv)

het aanpassen van de meetfrequentie van meetpunt 2 van voorschrift 1.3.1 van de omgevingsvergunning van 20 juli 2023

het uitbreiden van een industrieel bedrijf

het geheel intrekken van de verleende Wet natuurbeschermingsvergunning, in het kader van de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv)

het geheel intrekken van de verleende Wet natuurbeschermingsvergunning, in het kader van de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv)

de bouw van een opjager

het verzoek voor het gedeeltelijk intrekken van de vergunning voor een milieubelastende activiteit ingevolge de Omgevingswet, verricht op de locatie Holberg 2 te Someren voor zover de vergunning ziet op de tijdelijke opslag van gevaarlijke afvalstoffen als bedoeld in onderdeel 5.5 van bijlage I bij de Europese Richtlijn industriële emissies (RIE). Het betreft gevaarlijke afvalstoffen die niet onder punt 5.4 van de RIE vallen, in afwachting van een van de onder de punten 5.1, 5.2, 5.4 en 5.6 van dezelfde richtlijn vermelde behandelingen, met een totale capaciteit van meer dan 50 ton, met uitsluiting van tijdelijke opslag, voorafgaande aan inzameling, op de plaats van productie; het verzoek om de vergunde maximale gelijktijdige opslagcapaciteit voor gevaarlijke afvalstoffen als bedoeld onder punt 5.5. van bijlage I van de RIE van meer dan 50 ton, te beperken tot maximaal 30 ton.