Subsidieregeling Gebiedsgerichte Beëindiging Veehouderijlocaties (GBV)


Overweeg je om je veehouderij (gedeeltelijk) te beëindigen? Dan kun je daar mogelijk subsidie voor krijgen vanuit de subsidieregeling Gebiedsgerichte Beëindiging Veehouderijlocaties (GBV). Met de regeling bieden we een passende compensatie voor de financiële gevolgen. Op deze manier streven we naar een vermindering van de ammoniakemissie op Natura 2000-gebieden in Noord-Brabant. De GBV is gebaseerd op de Maatregel Gebiedsgerichte Beëindiging (MGB) van het Rijk.

Wanneer kun je subsidie aanvragen?

De GBV kent 2 fasen:

  1. de vooraanmeldfase: 1 december 2025 - 13 februari 2026
  2. de subsidieaanvraagfase: 2026

Wil je in aanmerking komen voor subsidie? Meld je dan aan als belangstellende. Aanmelden gaat op de volgende manier:

  1. Vul het vooraanmeldformulier (xlsx, 28 kB) in.
  2. Stuur het ingevulde formulier naar [email protected].

Doe je vooraanmelding uiterlijk op 13 februari 2026. Let op: je vraagt hiermee nog geen subsidie aan! Dit is wel een belangrijke eerste stap. Zonder vooraanmelding kun je niet in aanmerking komen voor subsidie.

De subsidieaanvraagfase gaat op een nog nader te bepalen moment open in 2026. Veehouders die zich in de vooraanmeldfase hebben aangemeld en in aanmerking komen, kunnen dan subsidie aanvragen.

Wie kan subsidie aanvragen?

De subsidieregeling GBV is in deze eerste ronde bedoeld voor veehouders met een bedrijfslocatie binnen 1.000 meter van de volgende 7 stikstofgevoelige en overbelaste Natura 2000-gebieden:

  • Langstraat
  • Vlijmens Ven, Moerputten & Bossche Broek
  • Loonse en Drunense Duinen & Leemkuilen
  • Brabantse Wal
  • Ulvenhoutse Bos
  • Regte Heide & Riels Laag
  • Weerter- en Budelerbergen & Ringselven

Wanneer je veehouderijlocatie geheel of gedeeltelijk binnen de begrenzing van de regeling valt, kun jij je aanmelden voor de subsidieregeling.

Wil je weten of jouw veehouderijlocatie binnen het gebied van de GBV valt? Kijk op de kaart

Voor de gebieden Vitale Peel en Brainport verwachten we aparte middelen. Als deze middelen beschikbaar komen, stellen we de regeling opnieuw open.

Welke subsidievoorwaarden gelden er?

Om in aanmerking te komen voor subsidie, moet je aan een aantal voorwaarden voldoen. De belangrijkste voorwaarden zijn als volgt:

  • Je veehouderijlocatie ligt geheel of voor een deel binnen de begrenzing van de regeling.
  • Je maakt binnen de vooraanmeldfase je belangstelling voor de regeling kenbaar met het vooraanmeldformulier.
  • De (gedeeltelijke) beëindiging van je veehouderijlocatie moet leiden tot een vermindering van de ammoniakemissie van ten minste:
    • 250 kilogram ammoniak per jaar, bij
      • het houden van melkvee of vleesrunderen in combinatie met maximaal 25 dieren van een andere diercategorie;
    • 750 kilogram ammoniak per jaar, bij
      • het uitsluitend houden van andere landbouwhuisdieren dan melkvee of vleesrunderen;
      • het houden van melkvee of vleesrunderen in combinatie met meer dan 25 dieren van een andere diercategorie.
  • Je veehouderijlocatie moet daadwerkelijk in gebruik zijn als veehouderij én de afgelopen 5 jaar op bedrijfseconomisch gangbare wijze in gebruik zijn geweest.
  • Je bent geen verplichtingen aangegaan om de veehouderijlocatie volledig of gedeeltelijk te sluiten.
  • Je bent geen afspraken aangegaan met derden over het mogen gebruiken van de stikstofruimte (extern salderen (Je neemt stikstofruimte over van een bedrijf bij jou in de buurt dat (voor een deel) stopt. Hiermee kun je jouw bedrijf uitbreiden.)).
  • Je hebt geen subsidie aangevraagd op basis van de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv of Lbv-plus) voor je veehouderijlocatie of je hebt deze aanvraag ingetrokken.
  • Je hebt geen andere subsidie of een bijdrage ontvangen voor het sluiten van je veehouderijlocatie.

Dit is een samenvatting van de belangrijkste voorwaarden. Een volledig overzicht van eisen en bepalingen vind je in de subsidieregeling GBV.

Waarvoor kan ik subsidie aanvragen?

De subsidie vergoedt 100% van de kosten voor de volgende onderdelen:

  • De getaxeerde marktwaarde van de te slopen productiecapaciteit, bepaald door 2 onafhankelijke taxateurs in opdracht van de provincie.
  • De marktwaarde van door te halen productierechten (dierrechten). De vergoeding wordt voor openstelling van de subsidieregeling bekend gemaakt.
  • De sloopkosten voor het afbreken en verwijderen van de gebouwen.​
  • Leges voor vergunningen en planologische procedures.
  • Advieskosten tot maximaal € 5.000.

De vergoeding van kosten voor leges en advieskosten moeten direct verband houden met de volledige of gedeeltelijke sluiting van een veehouderijlocatie.

Het subsidieplafond voor de regeling is € 19.833.256.

Hoe kan ik subsidie aanvragen?

Het aanvraagproces kent een aantal stappen:

1. Vooraanmelding

De eerste stap is het invullen en insturen van het vooraanmeldformulier. Dit kan van 1 december 2025 tot en met 13 februari 2026. In deze periode kun jij je aanmelden als belangstellende. Dit is nog geen subsidieaanvraag, maar wel een belangrijke eerste stap. Zonder vooraanmelding kun je niet in aanmerking komen voor subsidie.

  1. Vul het vooraanmeldformulier (xlsx, 28 kB) in.
  2. Stuur het ingevulde formulier naar [email protected].

2. Toetsing en taxatie

Na 13 februari 2026 toetsen we alle vooraanmeldingen. Als we verwachten dat het subsidieplafond zal worden overschreden, dan rangschikken we de aanmeldingen. De eventuele rangschikking komt tot stand op basis van de beste verhouding tussen de verwachte ammoniak-emissiereductie en de forfaitaire waarde van de dierenverblijven. De aanmeldingen die dan bovenaan in de rangschikking staan, komen als eerste in aanmerking.

Veehouderijen die in aanmerking komen voor subsidie krijgen een aanbod voor het uitvoeren van een taxatie van de marktwaarde van de te slopen gehele of gedeeltelijke productiecapaciteit. De taxatie wordt in opdracht van de provincie uitgevoerd door twee onafhankelijke taxateurs. De resultaten van de taxatie zijn nodig voor de subsidieaanvraag.

3. Subsidieaanvraag

Nadat alle taxaties zijn afgerond, wordt de subsidieaanvraagfase opengesteld. Dit gebeurt op een nog nader te bepalen moment in 2026. Veehouders die op basis van de vooraanmelding voor subsidie in aanmerking komen en een taxatie hebben ontvangen, kunnen dan subsidie aanvragen.

Krijg ik ondersteuning bij mijn subsidieaanvraag?

Veehouders die na vooraanmelding in aanmerking komen voor een taxatie kunnen gratis gebruikmaken van zaakbegeleiding en zullen hiervoor worden benaderd.

Voor vragen kun je contact opnemen via [email protected].

Stappen na toekenning van de subsidie

  • Binnen 6 maanden na subsidiebeschikking: tekenen overeenkomst. Met het tekenen van de overeenkomst verbind jij je onder meer om (gedeeltelijk) niet langer op de locatie landbouwhuisdieren te houden.
  • Binnen 12 maanden na tekenen overeenkomst: (gedeeltelijke) beëindiging veehouderij, onomkeerbare stappen:
    • Vee en mest afgevoerd
    • Dierrechten doorgehaald
    • Verzoek tot intrekking of wijziging van de omgevingsvergunning ingediend
    • Verzoek tot aanpassing omgevingsplan ingediend (wanneer van toepassing)
  • Binnen 28 maanden na overeenkomst: sloop opstallen.

Welke eisen gelden voor volledige beëindiging?

  • Het is niet langer toegestaan landbouwhuisdieren te houden op de locatie.
  • Dierlijke meststoffen moeten worden verwijderd.
  • Aanwezige productierechten moeten worden doorgehaald.
  • Het omgevingsplan moet worden aangepast en de omgevingsvergunning en eventueel de natuurvergunning moet worden ingetrokken of gewijzigd.
  • Maximaal 15% van de vergunde emissie kan met instemming van het bevoegd gezag worden gebruikt voor een nieuwe activiteit. Houd er rekening mee dat vergunningverlening momenteel zeer beperkt mogelijk is.
  • Sloop en afvoer van productiecapaciteit (uitzondering hergebruik).
  • Doorstartverbod elders binnen Nederland en Europese Unie.

Welke eisen gelden voor gedeeltelijke beëindiging?

  • Het deel van de productiecapaciteit dat wordt gesloten moet worden gesloopt en verwijderd.
  • Het aantal landbouwhuisdieren moet met datzelfde deel worden teruggebracht en daarbij horende productierechten moeten worden doorgehaald.
  • De omgevingsvergunning en eventueel de natuurvergunning moet worden gewijzigd of (gedeeltelijk) worden ingetrokken.
  • Doorstartverbod elders binnen Nederland en de Europese Unie.

Vragen?

Wij helpen je graag verder.