BrainS
Schrijf je voor BrainS? Houd je dan aan de onderstaande afspraken voor het schrijven van goede webteksten.
- Toon en stijl: schrijf neutraal, zakelijk, informatief, kort en krachtig. Houd het wel persoonlijk en dichtbij: we spreken elkaar aan met je en jij.
- Lezersgericht: denk goed na over wat de lezer wil weten. Laat je tekst hier vervolgens op aansluiten.
- Oprolbaarheid: zet de belangrijkste informatie vooraan in de bodytekst. De minst belangrijke informatie zet je achteraan in de bodytekst (met uitzondering van contactpersoon).
- Scanbaarheid: elk onderdeel van de tekst moet de lezer apart kunnen begrijpen. Gebruik koppen die informatief zijn in plaats van prikkelend. Gebruik tussenkoppen die de tekst een heldere indeling geven. Maak in linkteksten duidelijk waar je naartoe gaat als je op de link klikt.
- Digitale toegankelijkheid: volg de richtlijnen voor webpagina’s wanneer je daar als redacteur invloed op hebt. Koppen zijn ingericht met de juiste techniek (H1 eerst, H2 daarna, etc.). Gebruik meta-omschrijvingen om elementen uit de pagina te beschrijven voor voorleessoftware wanneer dat mogelijk is.
- Vindbaarheid: gebruik koppen waar de belangrijkste zoektermen voor vindbaarheid in zitten. De tekst bevat de andere zoektermen. Gebruik waar nodig alternatieve termen om de vindbaarheid verder te verbeteren.
- Hoe belangrijker iets is, hoe meer aandacht het krijgt: zaken die belangrijk zijn krijgen de meeste aandacht in de tekst. Minder belangrijke zaken houden we kort.
- Contactpersoon: noem altijd een contactpersoon waar mensen met vragen terecht kunnen, bij voorkeur een persoon in plaats van een team of programma.
- Lengte: schrijf zo kort mogelijk. De tekst bevat de belangrijkste zaken. Wees niet té compleet, want minder belangrijke inhoud haalt aandacht weg bij belangrijkere inhoud.
- Persoonsvorm: schrijf teksten vanuit de eerste persoon.
- We/wij: gebruik je ‘we’ of ‘wij’? Benoem dan eerst naar welk team of welke collega’s je verwijst.
Schrijf je een organisatienieuwsbericht of een bedrijfsmededeling?
Houd je dan ook aan deze afspraken.
- Tot de verbeelding spreken: ondersteun je tekst altijd met een afbeelding, zodat overzichtspagina’s juist gevuld zijn. Het liefst gebruik je een foto.
- Journalistieke uitgangspunten: beantwoord altijd de vragen wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe.
- Toon (aanvulling): gebruik alleen enthousiaste uitspraken als citaat van een persoon.
- Lengte: de standaardlengte van je tekst is maximaal één A4.