Vormgeving van illustraties

Geef illustraties vorm in de basisbestanden voor illustraties en zorg dat ze voldoen aan alle design principes en regels, dan blijft de stijl overal hetzelfde. Illustraties kun je vormgeven met al bestaande assets (te vinden in onze beeldbank) of door zelf nieuwe objecten en Brabanders te maken (zie illustratieonderdelen maken)

Basisbestanden en opmaak

• Er zijn 3 basisbestanden: A4 liggend, A4 staand en A3 liggend
• Gebruik standaard het A4 bestand. A3 is voor praatplaten.
• Basisbestanden hebben een 3 mm grid met gridblokken van 21 x 21 mm.
• Geef illustraties vorm met bestaande assets of door nieuwe onderdelen te ontwerpen.
• Nieuwe Illustratieonderdelen maak je op 100% (Kernzichtperspectief), in losse bestanden op basis van de masterbestanden (zo ontwikkel je direct nette bestanden om op te slaan als assets) of direct in de vormgeving.
• Bestaande assets uit de beeldbank zijn gemaakt op 100% (Kernzicht perspectief).
• Gebruik het maatblokje om het formaat te controleren.
• Schaal de volledige illustratie naar het juiste formaat zodra je deze plaatst in het communicatiemiddel.

Gelaagdheid door perspectieven

• Illustraties krijgen diepte door het gebruik van drie schaalniveaus, ook wel perspectieven genoemd: vergezicht (50%), kernzicht (100%) en close-up (150%).
• De gekozen perspectieven bepalen het formaat van Brabanders en objecten in de illustratie.
• Kernzicht (100%) is het uitgangspunt voor het ontwerpen van nieuwe Brabanders en objecten. Deze schaal vormt de basis voor het opschalen of verkleinen naar andere perspectieven.
• Je kunt meerdere perspectieven combineren of slechts één gebruiken, afhankelijk van doel en formaat.
• Bij combinaties staat het kleinste perspectief altijd achteraan, inclusief skyline en bijbehorende elementen.
• Close-up perspectief van een binnenruimte bevat géén skyline-elementen.

Zone indeling

• Basisbestanden zijn opgedeeld in flexibele zones.
• Elke zone kan gevuld worden met illustratieonderdelen: objecten en Brabanders.
• Een zone mag ook leeg blijven.
• De gekozen perspectieven bepalen welke zones je vult. Elke zone komt overeen met een perspectiefformaat (vergezicht 50%, kernzicht 100%, close-up 150%) en bepaalt daarmee de schaal van de elementen.
• Het verschil in grootte tussen perspectieven zorgt voor dieptewerking in de illustratie.

Toepassing van perspectieven in zones

• Gebruik je meerdere perspectieven, dan vul je ook meerdere zones.
• Sla nooit een opeenvolgende zone over, een tussenliggende zone mag wél leeg blijven. (Voorbeeld 1: Combineer je vergezicht en close-up, voeg dan altijd ook de minimale zone toe van kernzicht.)
• De kleinste zone mag leeg zijn, maar kan wel skyline-elementen bevatten. (Voorbeeld 2: Gebruik alle zones, maar laat vergezicht leeg - je kunt dan toch vergezicht skyline elementen plaatsen.)
• Je mag 2 opeenvolgende zones gebruiken en de ander laten vervallen. (Voorbeeld 3: Gebruik je alleen kernzicht en close-up, dan mag vergezicht vervallen. Let op: gebruik dan 25% van de skyline-elementen uit kernzicht.)
• Het is ook mogelijk om slechts één perspectief te gebruiken — je vult dan één enkele zone. De skyline is die van het gekozen perspectief en 25% van het perspectiefformaat.

Voorbeeld 1

Combineer je vergezicht en close-up, voeg dan altijd ook de minimale zone toe van kernzicht. Hieronder een voorbeeld: vergezicht gecombineerd met close-up perspectief, kernzicht is leeg gelaten en heeft de minimale maat.

Voorbeeld 2

Gebruik alle zones, maar laat vergezicht leeg. Je kunt dan toch vergezicht skyline elementen plaatsen. Hieronder een voorbeeld: alle zones gebruikt maar vergezicht is leeg, nu kan wel de skyline van vergezicht gebruikt worden.

Voorbeeld 3

Gebruik je alleen kernzicht en close-up, dan mag vergezicht vervallen. Let op: gebruik dan 25% van de skyline-elementen uit kernzicht. Hieronder een voorbeeld: kernzicht gecombineerd met close-up perspectief, vergezicht is vervallen

Technische richtlijnen voor zones

• In de basisbestanden is een aparte laag opgenomen met de minimale hoogtes van zones. Deze laag staat op ‘Niet afdrukken’.
• Houd je altijd aan de minimale maat van een zone. Zo blijft de ruimtelijke opbouw van illustraties logisch en in balans.
• Een gevulde zone is minimaal 2 gridblokken hoog (42 mm).
• Een lege zone is minimaal één gridblok hoog (21 mm).
• Houd in gevulde zones altijd een strook van één gridblok (21 mm) vrij van illustratie-elementen aan de bovenzijde om logische dieptewerking te garanderen.
• Zones kunnen in hoogte variëren, maar moeten bij meerdere perspectieven altijd aansluiten.
• De skyline mag op een andere positie liggen.

Voorbeeld basisbestand praatplaat

Voorbeeld basisbestand praatplaat op A3 formaat waar alleen het vergezicht perspectief gebruikt wordt. De andere zones vallen af.

Skyline

• Er is altijd maar één skyline met skyline formaat elementen
• Er staan nooit Brabanders in de skyline.
• Skyline elementen zijn altijd 25% van het kleinste perspectief wat je gebruikt.
• Illustraties van binnen situaties hoeven geen skyline formaat elementen te hebben, dit mag ook het perspectiefformaat van de zone zijn.

Voorbeeld

Illustratie waarin vergezicht is komen te vervallen. Kernzicht is hier het kleinste perspectief dus je gebruikt de skyline met skyline elementen (25%) van kernzicht.

Vergezicht met kernzicht perspectief

Illustraties met het vergezicht perspectief geven de mogelijkheid om een verhalende illustratie op te bouwen met voorgrond en achtergrond met meer ruimte voor context.

Voorbeeld

Illustratie met vergezicht perspectief als kleinste perspectiefformaat aangevuld met kernzichtperspectief. Eronder dezelfde illustratie met de gebruikte zones.

Kernzicht met close-up perspectief

Illustraties met kernzicht perspectief zoomt wat dieper in op je verhaal. Het geeft de mogelijkheid om een verhalende illustratie op te bouwen met voorgrond en achtergrond waarin de skyline dichterbij staat en meer onderdeel wordt van je verhaal.

Voorbeeld

Illustratie van een binnensituatie waarbij in vergezicht het gewone perspectiefformaat staat. Eronder dezelfde illustratie met alle zones.

Close-up perspectief

Illustraties met close-up perspectief zoomt in op de Brabander. Het geeft de mogelijkheid om een illustratie op te bouwen die meer focus legt op de handelingen van de Brabander.

Richtlijnen Close-up perspectief (binnenruimte)

• De skyline-zone vervalt
• Er is 1 zone: de 150%-zone
• Je mag de zone niet leeg laten.
• Is er een raam in de illustratie met zicht naar buiten? Gebruik dan een skyline-zone binnen het raam. Dit mag de skyline zijn van een ander perspectief.

Voorbeelden

Illustratie in het close-up perspectief. Omdat het om een binnenruimte gaat is er geen skyline-zone.

Dezelfde illustratie in het close-up perspectief met zones. Omdat het om een binnenruimte gaat is er geen skyline-zone.