De hoor- en adviescommissie voor de behandeling van bezwaarschriften en klachten Noord-Brabant;
Overwegende dat in Nederland een uitzonderlijke situatie is ontstaan door het uitbreken
van het Coronavirus en dat door het RIVM adviezen en richtlijnen zijn uitgebracht
en door de Nederlandse regering en de diverse Veiligheidsregio’s maatregelen zijn
getroffen om verspreiding van het virus te voorkomen;
Overwegende dat de hoor- en adviescommissie vanwege die uitzonderlijke situatie en
alle in verband daarmee getroffen maatregelen tijdelijk regels wil vastleggen voor
de wijze waarop zij gebruik maakt van de in het procesrecht (Awb) neergelegde bevoegdheden
ten aanzien van het horen ten behoeve van de behandeling van bezwaarschriften, administratief
beroepschriften en klachten bij de provincie Noord-Brabant;
Overwegende dat dit het noodzakelijk maakt dat de hoor- en adviescommissie haar werkwijze
ingrijpend aanpast, dat fysieke hoorzittingen tot een nader te bepalen moment niet
mogelijk zijn en dat het fysiek horen van partijen kan worden vervangen door het horen
met gebruikmaking van een digitale omgeving;
Overwegende dat noodzakelijk is hiertoe de onderliggende procesregeling van 7 april
2020 voor de duur van deze bijzondere situatie aan te vullen;
Besluit vast te stellen de volgende regeling: