Ruud van Breda, gedragspsycholoog bij D&B, is gespecialiseerd in gedrag rond mobiliteit. We bezochten hem op het historische kantoorpand van D&B in de binnenstad van Nijmegen, waar Ruud ons uitlegde hoe we beter rekening kunnen houden met de volgens hem meest onderschatte factor bij mobiliteitsinnovaties: de mens.
Gewoontedieren
Er zijn steeds meer nieuwe producten en diensten op gebied van slimme mobiliteit beschikbaar. En toch staat een toenemend aantal mensen iedere werkdag in de file. Ruud verklaart: “Dat komt omdat mensen gewoontedieren zijn. We houden niet van verandering, zelfs als een nieuwe oplossing rationeel gezien een betere keuze is. Het is de uitdaging om mensen een stapje in de richting van die keuze te helpen”.
Gedrag – houding – kennis
Wij denken als mensen dat we keuzes maken op basis van onze kennis en houding over bepaalde onderwerpen. Het werkt echter vaak juist andersom: we zoeken vooral argumenten die in lijn liggen met ons gedrag. En dat gedrag komt voort uit allerlei processen waar we ons veelal niet bewust van zijn. Wil je mensen dus aanzetten tot gewenst gedrag – zoals met de fiets of het OV naar het werk gaan – dan is het belangrijk dat je ze gewoon eens zo ver krijgt om bepaald gedrag te vertonen.
Ruud: “Gedragsverandering kun je bijvoorbeeld uitlokken met positieve prikkels, zoals beloningen, uitdagende spelelementen of feedback over gezondheid en CO2-besparing. Als je een prikkel vindt die aansluit bij de behoefte van je doelgroep, dan kun je mensen ertoe aanzetten om het gewenste gedrag (tijdelijk) te vertonen. Zodra mensen het nieuwe gedrag vertonen, kun je ze helpen om dat nieuwe gedrag te bekrachtigen en bestendigen. Bijvoorbeeld door hen een reisplan te laten maken en na te laten denken over de redenen waarom het nieuwe gedrag voordelig voor hen uitpakt. Dat vergroot de kans dat ze het gedrag ook blijven vertonen als de uitlokkende prikkel wegvalt.”
Van extrinsieke naar intrinsieke motivatie
Ook is het goed om rekening te houden met het gegeven dat mensen (en dus ook reizigers) vaak niet rationeel handelen. Ruud legt uit dat je van deur tot deur weinig bewuste beslissingen neemt: “Als je iedere dag een bewuste beslissing zou moeten nemen over alles wat je doet, dan zou dat veel te veel energie kosten. We zijn geëvolueerd om energie te besparen. De meeste mensen reizen daarom steeds op dezelfde manier. Daarvoor hadden ze vroeger misschien een goede reden, maar wellicht zijn er inmiddels betere alternatieven.”
“Je moet weten welke drijfveren ten grondslag liggen aan bepaald gedrag, om het te kunnen veranderen.”
“Om gedrag te kunnen veranderen is het belangrijk om het psychologische landschap goed in kaart te brengen, en niet te snel naar oplossingen te springen. Je moet weten waarom mensen doen wat ze doen, welke weerstanden hen afremt en welke motieven hen beweegt. Zulke drijfveren kunnen rationeel of niet-rationeel zijn. Rationele drijfveren hebben bijvoorbeeld betrekking op het besparen van tijd of geld. Niet-rationele drijfveren zijn bijvoorbeeld: hoe heb ik altijd gereisd? Hoe reizen mijn collega’s? Of wat is de makkelijkste optie?”
Ruud over de toepassing binnen B-Riders
Bij B-Riders was het de bedoeling om mensen uit de spits te krijgen en op de fiets. Dat kon met een financiële beloning, maar dan moest je daar wel heel zorgvuldig mee omgaan. Het gevaar schuilde erin dat mensen zouden stoppen met fietsen, zodra de financiële prikkel stopte. Deelnemers moesten de switch maken van extrinsieke (de financiële prikkel) naar intrinsieke motivatie. In de app van B-Riders zat daarom een coachingmodule, waarmee onder andere feedback gegeven werd in lijn met de drijfveren van mensen. Zo kwamen ze er achter waarom fietsen beter is dan in de spits staan. De intrinsieke argumenten – zoals stressvrij op werk aankomen en gezond bezig zijn – moesten ze zelf aandragen. Zo werd fietsen onderdeel van hun eigen identiteit. Als je zelf argumenten verzint waarom een ander iets zou moeten doen, sla je namelijk vaak de plank mis.
|
De juiste timing
De ANWB heeft voorspeld dat de files de komende jaren fors zullen toenemen door de economische groei. Volgens Ruud kan gedragspsychologie een bijdrage leveren om de gevolgen op de weg te beperken. “Een juiste timing van een gedragsinterventie is daarbij essentieel, want dat heeft ook veel effect op het resultaat ervan. Je kunt namelijk het beste inbreken op een belangrijk moment in iemands leven, want dan komt er nieuw gedrag tot stand en kun je dit makkelijker beïnvloeden. Bijvoorbeeld als iemand aan een nieuwe studie begint, of aan een nieuwe baan. Het is daarom een goed idee om met de werkgevers om tafel te gaan, waarbij er een onderscheid gemaakt kan worden tussen mensen die nu al in de file staan en mensen die er morgen bij zouden komen. Samen met de werkgever kun je ervoor zorgen dat nieuwe medewerkers niet óók aansluiten in de spits. Zo zorg je ervoor dat het fileprobleem niet groter wordt”.
Klein beginnen
Iedereen kan zich scharen achter de intentie om slimmer te reizen. Minder in de file staan zou zomaar een goed voornemen kunnen zijn op 1 januari. Ruud heeft ook nog wel een tip om als reiziger mee te nemen: “Als je slim reizen wilt volhouden is het belangrijk om een goed reisplan te maken. Maak het concreet en begin klein. Ga bijvoorbeeld iedere maandag eens met de fiets naar het werk. Dat is al een hele mooie stap. En werk mee aan onderzoek. Meer inzicht is nodig om de reis van iedereen te verbeteren. Pas als we snappen waarom iets misgaat, kunnen we goede maatregelen treffen.”

Ruud van Breda
Ruud van Breda studeerde psychologie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, waar hij de master Gedragsverandering afrondde. Vanuit D&B werkt hij aan maatschappelijke vooruitgang door gedragsverandering. Bijna alle maatschappelijk problemen zijn in de kern gedragsproblemen volgens hem. Of het nu gaat om afval recyclen, energie besparen, verkeersveiligheid of in de file staan. Onderzoeks- en adviesbureau voor gedragsverandering D&B droeg in Brabant al bij aan diverse mobiliteitsinitiatieven, zoals B-Riders, Spitsmijden, 076 op weg, de Tilburgse Mobiliteitsaanpak en de Werkgeversaanpak.