Verordening van Provinciale Staten van de provincie Noord-Brabant van 6 maart 2020
houdende regels voor de orde van de vergaderingen en andere werkzaamheden van Provinciale
Staten
Provinciale Staten van Noord-Brabant,
gelezen het voorstel van het presidium d.d. 3 februari 2020;
gelet op artikel 16 van de Provinciewet;
overwegende dat Provinciale Staten enige aanpassingen in hun werkwijze hebben gedaan,
het Reglement van orde Provinciale Staten daarop wensen aan te passen en daarbij van
de gelegenheid gebruik maken om ook op enkele andere onderdelen tot aanpassingen of
toevoegingen te komen en het Reglement hier en daar in technische zin te verbeteren;
overwegende dat Provinciale Staten gezien de aard en omvang van de wijzigingen het
Reglement van orde Provinciale Staten Noord-Brabant 2017 wensen in te trekken en te
vervangen door een nieuw reglement;
besluiten vast te stellen het volgende reglement:
Toelichting behorende bij het Reglement van orde Provinciale Staten Noord- Brabant
2020
Algemeen
Bij aanvang van de nieuwe zittingsperiode van Provinciale Staten in maart 2019 is
in het presidium aandacht geweest voor het verfijnen en daarmee verbeteren van de
werkwijze van Provinciale Staten. Na evaluatie is besloten tot een aantal wijzigingen.
Het doorvoeren van deze wijzigingen in het Reglement van orde biedt tevens de gelegenheid
om het Reglement op andere punten aan te passen. Gezien de omvang van deze aanpassingen
is het wenselijk het bestaande reglement in te trekken en te vervangen door een nieuw
reglement.
De belangrijkste wijzigingen betreffende de werkwijze die in het Reglement van orde
zijn doorgevoerd zijn:
- a.
de benaming ‘procedurevergadering’ wordt gewijzigd in ‘agendavergadering’;
- b.
het schrappen van het woordvoerdersoverleg;
- c.
het afschaffen van het stemmen op een vast moment tijdens een vergadering van Provinciale
Staten en in plaats daarvan stemmen na ieder voorstel waarvan de beraadslaging is
afgerond;
- d.
de wijziging in de bevoegdheid tot interrupties.
De voorzitter bespreekt periodiek de orde van de vergaderingen van Provinciale Staten
met het presidium.
Artikelsgewijs
Artikel 4 Toelating Statenleden
Tweede lid
De commissie onderzoekt de toelating aan de hand van de geloofsbrieven. De geloofsbrieven
omvatten:
- a.
de schriftelijke kennisgeving van de voorzitter van het centraal stembureau, waarbij
aan de gekozene mededeling wordt gedaan van zijn benoeming op grond van de verkiezingsuitslag;
- b.
een door de benoemde ondertekende verklaring inzake aanneming van de benoeming;
- c.
een door de benoemde ondertekende verklaring van alle openbare betrekkingen die de
benoemde bekleedt;
- d.
overzicht van nevenfuncties;
- e.
een door het nieuw Statenlid in te dienen gewaarmerkt uittreksel uit de Basisregistratie
Personen van de gemeente waar hij als inwoner staat ingeschreven, welk uittreksel
de volgende informatie dient te bevatten over:
Om de actualiteit van de opgave van de openbare betrekkingen en nevenfuncties te borgen,
verstrekt de griffier aan de leden van Provinciale Staten jaarlijks een overzicht
met het verzoek de eerder gedane opgave te controleren en zo nodig te wijzigen.
Artikel 6 Burgerleden
De voorzitter van het inspreekmoment of de technische vragenronde kan toestaan dat
burgerleden het woord voeren bij het inspreekmoment of de technische vragenronde.
Artikel 7 Instelling en samenstelling presidium
Indien Provinciale Staten reeds een presidium hebben ingesteld vóór de vaststelling
van dit reglement, hoeft dit niet nogmaals te gebeuren.
Artikel 11 Vergaderschema
Tweede lid
Statendagen kunnen onder meer bestaan uit: themabijeenkomsten, rondvraagmoment, vergaderingen
van Provinciale Staten en een inspreekmoment ten behoeve van het inspreken door burgers.
Het betreft geen limitatieve opsomming. Een combinatie van verschillende bijeenkomsten,
waaronder een vergadering van Provinciale Staten, op een Statendag is mogelijk.
Zevende lid
Voor afwijking van deze uiterste termijn kan door de voorzitter verlof worden verleend.
Artikel 12 Themabijeenkomsten
Eerste lid
Themabijeenkomsten kunnen een informatief dan wel een oordeelvormend karakter hebben.
Een combinatie van beide is ook mogelijk. De opzet is flexibel naar gelang het vraagstuk.
De agendavergadering formuleert het doel van de themabijeenkomst. Zowel fracties als
leden van het college van Gedeputeerde Staten, derden en de griffie kunnen voorstellen
doen voor het houden van een themabijeenkomst.
Artikel 16 Voorzitterschap themabijeenkomsten en rondvraagmoment
Vierde lid
De griffier draagt er zorg voor dat bij iedere themabijeenkomst of rondvraagmoment
de voorzitter wordt ondersteund door een griffiemedewerker. Deze legt zich onder andere
toe op de voorbereiding van de themabijeenkomst of het rondvraagmoment en - afhankelijk
van de aard van de bijeenkomst - het bijhouden van de toezeggingen die daar worden gedaan.
Artikel 17 Oproep voor vergadering van Provinciale Staten
Eerste lid
Voor afwijking van deze uiterste termijn kan door de voorzitter verlof worden verleend.
Artikel 21 Gebruik mobiele apparatuur
Onder mobiele apparatuur wordt onder andere verstaan: telefoons en tablets.
Artikel 25 Voorstel van orde
Bij het staken van stemmen over een voorstel van orde, is het voorstel niet aangenomen.
Omdat het ordevoorstel betrekking heeft op de lopende vergadering is artikel 32, vierde
lid, van de Provinciewet hierop niet van toepassing. Een voorstel van orde betreft
bijvoorbeeld het schorsen van de vergadering voor een pauze.
Artikel 35 Motie Zevende en achtste lid
De indiener van een aangehouden motie kan op ieder gewenst moment verzoeken deze motie
alsnog in stemming te brengen. Daarvoor is nodig, dat de indiener verzoekt om de motie
op de agenda van een vergadering van Provinciale Staten te plaatsen.
Voor de vraag of een motie wordt geacht te zijn vervallen is bepalend het moment waarop
het verzoek tot (her-)plaatsing op de agenda is ingediend.
Artikel 38 Stemming algemeen
Uit dit artikel vloeit voort dat indien stemming achterwege blijft, ieder Statenlid
geacht wordt voor te hebben gestemd. Dit volgt uit artikel 32, derde lid, van de Provinciewet.
Indien een Statenlid tegen wil stemmen, dient hoofdelijke stemming aangevraagd te
worden. Een hoofdelijke stemming dient te worden aangevraagd voordat Provinciale Staten
tot stemming over het voorstel en eventuele amendementen en moties overgaat. Wellicht
ten overvloede kan hieraan worden toegevoegd, dat ieder in de statenzaal aanwezig
Statenlid geacht wordt deel te hebben genomen aan de stemming. Indien hij dat niet
wenst, kan hij dit bereiken door ervoor te zorgen dat hij gedurende de stemming niet in
de statenzaal aanwezig is. Uiteraard geldt dit niet voor het Statenlid, dat zich op
grond van artikel 28 van de Provinciewet dient te onthouden van stemming. Hij dient
dit te melden voordat de stemming aan de orde is en hoeft de zaal niet te verlaten.
Artikel 41 Aantal herstemmingen
Vijfde lid
Voor het tot stand brengen van een beslissing door het lot worden de vereiste naambriefjes,
na waarmerking door de voorzitter, behoorlijk gevouwen, door één van de stemopnemers
in de stembus geworpen. De persoon wiens naam op het door de voorzitter uit de stembus
genomen naambriefje is vermeld, is benoemd, voorgedragen, aanbevolen of komt in herstemming.
Artikel 42 Stemming over zaken
Het stemmen per fractie kan op basis van dit artikel enkel toegepast worden als een
gehele fractie hetzelfde stemt. Indien Statenleden binnen een fractie verschillend
willen stemmen, dient hoofdelijke stemming aangevraagd te worden. Indien niet van
deze laatste mogelijkheid gebruik wordt gemaakt, kan ook aantekening worden gevraagd
dat een of meer Statenleden geacht worden te hebben tegengestemd.
Bij een stemverklaring wordt het stemgedrag kort toegelicht. Zij mogen niet het karakter
krijgen van een spreektermijn.
Artikel 43 Hoofdelijke stemming
Tweede lid
Voor het bepalen van de volgorde door middel van loting, wordt een nummer getrokken
uit het totaal van nummers 1 tot en met 55, waarbij de nummers zijn gekoppeld aan
een Statenlid.
’s-Hertogenbosch, 6 maart 2020
Provinciale Staten voornoemd,
|
de voorzitter,
|
de griffier,
|
|
prof. dr. W.B.H.J. van de Donk
|
mw. mr. K.A.E. ten Cate
|