Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
Gelet op artikel 158 Provinciewet;
Gelet op artikel C.15, eerste lid van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies;
Gezien de bereikte overeenstemming d.d.6 oktober 2016 met het georganiseerd overleg;
Overwegende dat in het verleden per relevant organisatieonderdeel één of meer consignatieregelingen
zijn vastgesteld ter nadere regeling van de consignatiedienst;
Overwegende dat die regelingen niet eenduidig en uniform zijn en niet meer aansluiten
bij de provinciale organisatie;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten derhalve een nieuwe regeling wensen, waarin de
consignatiedienst op eenduidige en uniforme wijze wordt geregeld;
Besluiten vast te stellen de volgende regeling:
Toelichting
Algemeen
In de loop van de tijd zijn afzonderlijke regelingen vastgesteld voor verschillende
soorten consignatiediensten. Hierdoor werd niet eenduidig met consignatiediensten
omgegaan. Door alle consignatiediensten in één regeling op te nemen, vermindert het
aantal regelingen en ontstaat uniformiteit in de uitvoering. Van de gelegenheid is
gebruik gemaakt de regeling beter te laten aansluiten bij de huidige provinciale organisatie.
Tevens zijn de toelagen in lijn gebracht met de bedragen die andere overheidsinstellingen
hanteren.
Artikelsgewijs
Artikel 2 De consignatiedienst Eerste lid Bij het aanwijzen van ambtenaren voor het verrichten van consignatiedienst zal aangegeven
worden waar de werkzaamheden in consignatiedienst in grote lijnen uit zullen bestaan.
Artikel 4 Verplichtingen geconsigneerde ambtenaar Eerste lid onder a De ambtenaar is verplicht ervoor te zorgen dat het nummer van zijn mobiele telefoon,
waarop hij bereikbaar is tijdens zijn consignatiedienst, bekend is bij de provincie.
Artikel 5 Toelage consignatiedienst Tweede lid Uit onderzoek is gebleken dat de belasting van een consignatiedienst per afdeling
en taak sterk verschilt. Woordvoerders kabinet en communicatie worden gemiddeld weinig
frequent tijdens een consignatiedienst opgeroepen (minder dan één keer per dienst)
en hoeven na een oproep ook zelden van huis. Dit in tegenstelling tot medewerkers
van gebouwenbeheer, bode/beveiliging en weginspecteurs verkeersbeheer, die na een
oproep telkens enkele uren van huis zijn en werkzaamheden verrichten die veiligheidsrisico’s
met zich mee brengen. Voor weginspecteurs betreffen die veiligheidsrisico’s het verrichten
van werkzaamheden op de openbare weg en voor medewerkers gebouwenbeheer, bodes/beveiliging
het moeten openen en controleren van de gebouwen van de provincie buiten kantoortijden
na inbraak-, brand- storingsalarm of op verzoek. De coördinatoren verkeersbeheer hoeven
na een oproep weliswaar niet van huis maar worden zwaarder belast door een hoge frequentie
van oproepen (meer dan zes keer per dienst). Onder een lage frequentie wordt in het
kader van deze regeling minder dan 5 oproepen per consignatiedienst verstaan, gemiddeld
gemeten in 12 maanden. Onder een hoge frequentie worden vijf of meer oproepen per
consignatiedienst verstaan, gemiddeld gemeten in 12 maanden.
Met het verschil in hoogte van vergoeding is beoogd te differentiëren naar mate van
belasting. Voor wat betreft de hoogte van de vergoedingen is aansluiting gezocht bij
hetgeen bij andere overheidsinstellingen (waaronder andere provincies en binnen de
sector gemeenten) wordt gehanteerd.
De vermelde bedragen gelden per datum vaststelling regeling en volgen daarna het in
cao-verband af te spreken salaris-indexatie-percentage.
Artikel 6 Vergoeding consignatiearbeid Eerste lid Naast de vaste toelage, bedoeld in artikel 5, ontvangt de ambtenaar waarvoor een
salarisschaal geldt tot schaal 11, salaris voor elk uur dat hij daadwerkelijk consignatiearbeid
verricht.
Tweede lid Artikel C.23 van de CAP regelt de vergoeding voor overwerk. In het eerste lid van
dat artikel is bepaald dat aan de ambtenaar voor wie een lagere salarisschaal geldt
dan salarisschaal 11 en die in opdracht overwerk verricht, een vergoeding wordt toegekend.
De vergoeding voor die ambtenaar bedraagt, naast verlof gedurende een periode, gelijk
aan het aantal overuren, een percentage van het voor de ambtenaar geldende salaris
per uur.
Derde lid Op de uren die een ambtenaar krijgt toegekend in het kader van tijd voor tijd is
de Regeling werktijden provincie Noord-Brabant van toepassing. Dit houdt in dat de
ambtenaar deze uren dient op te nemen in het jaar van toekenning en een overschot
van meer dan 100 uur aan het einde van een kalenderjaar in beginsel komt te vervallen.
Over het meenemen van de tijd die is ontstaan kort voor het einde van het kalenderjaar
en daarom redelijkerwijs niet in het jaar van toekenning kan worden opgenomen, wordt
in goed overleg tussen leidinggevende en ambtenaar een maatwerkafspraak gemaakt.
Op het verrichten van arbeid tijdens een consignatiedienst is de Arbeidstijdenwet
van toepassing.
Artikel 7 Intrekking Met de intrekking van de regeling Consignatie Beheer en onderhoud provinciale wegen
2007 vervalt ook de vergoeding adsl-aansluiting. Het recht op deze vergoeding is verouderd
omdat een internet verbinding in de meeste huishoudens al aanwezig is en medewerkers
hiervoor dus geen extra kosten gemaakt hoeven te worden.
Artikel 8 Hardheidsclausule Van de hardheidsclausule dient zeer terughoudend gebruik gemaakt te worden.