Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;
Gelet op artikel 3.9 van de Verordening water Noord-Brabant;
Overwegende dat Provinciale Staten op 20 november 2009 de Verordening water
Noord-Brabant hebben vastgesteld;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op grond van artikel 3.9 van de
Verordening water Noord-Brabant krachtens delegatie van regelgevende bevoegd
bij nadere regeling kunnen besluiten tot wijziging van de begrenzing van de
beschermde gebieden waterhuishouding, attentiegebieden en de natte
natuurparels als vastgelegd in die verordening, indien dit noodzakelijk is
om deze in overeenstemming te brengen met de begrenzingen zoals die bij of
krachtens de verordening bedoeld in artikel 4.1 Wet ruimtelijke ordening in
het kader van provinciale ruimtelijke besluitvorming zijn vastgesteld;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 13 september 2011 wijzigingen in de
EHS-begrenzing in de Verordening ruimte Noord-Brabant 2011 hebben
vastgesteld;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten het noodzakelijk achten om de
begrenzingen van de beschermde gebieden waterhuishouding, attentiegebieden
en de natte natuurparels, zoals aangegeven op bijlage III behorende bij de
Verordening water Noord-Brabant, te wijzigen en in overeenstemming te
brengen met de nieuwe begrenzingen van deze gebieden, vastgesteld bij of
krachtens de Verordening ruimte Noord-Brabant 2011;
Besluiten vast te stellen de volgende regeling:
Artikel 1 Wijzigen begrenzingen
De begrenzingen van de beschermde gebieden waterhuishouding,
attentiegebieden en de natte natuurparels die zijn opgenomen in Bijlage III
van de Verordening water Noord-Brabant komen te luiden als aangegeven op de
als bijlagen bij dit besluit behorende kaarten.
Artikel 2 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na datum van uitgifte
van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.
Artikel 3 Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling wijzigen begrenzingen
Verordening water Noord-Brabant.
's-Hertogenbosch, 6 maart 2012
Gedeputeerde Staten voornoemd,
de voorzitter prof. dr. W.B.H.J. van de Donk
de secretaris drs. W.G.H.M. Rutten
Toelichting behorende bij de Regeling wijzigen begrenzingen Verordening
water Noord-Brabant
Sinds de Verordening waterhuishouding Noord-Brabant 2005 zijn beschermde
gebieden waterhuishouding, natte natuurparels en attentiegebieden begrensd. De
beschermde gebieden waterhuishouding waren gebaseerd op de gebieden die in het
streekplan 2002 waren aangewezen als GHS-natuur (Ecologische Hoofdstructuur,
EHS). Hierbinnen liggen zogenaamde natte natuurparels: hydrologisch gevoelige
gebieden die vanwege specifieke omstandigheden van bodem en water hoge
natuurwaarden vertegenwoordigen. Rondom de natte natuurparels liggen
attentiegebieden. De in de Verordening water opgenomen gebieden zijn enerzijds
van belang voor het beschermingsbeleid (m.b.t. de provinciale bevoegdheid tot
vergunningverlening voor bepaalde typen grondwateronttrekkingen en strekken de
waterschappen tot aanbeveling bij de invulling van hun beschermingsbeleid) en
bepalen anderzijds de reikwijdte van de aanpak van de
verdrogingsbestrijding.
Sinds de inwerkingtreding van de Verordening waterhuishouding Noord-Brabant 2005
hebben er meerdere aanpassingen van de begrenzing van de EHS plaatsgevonden. De
meest recente wijziging is het besluit van Gedeputeerde Staten van 13 september
2011 tot vaststelling van het natuurbeheerplan 2012 en wijzigingen in de
EHS-begrenzing in de Verordening ruimte Noord-Brabant 2011. Ook de methode van
begrenzing (digitalisering) is tegenwoordig nauwkeuriger. Om te zorgen voor op
elkaar afgestemde provinciale regelgeving is het nodig om ook de begrenzingen in
de Verordening water aan te passen. In de Verordening water is de bevoegdheid om
de begrenzingen te wijzigen om deze in overeenstemming te brengen met de
Verordening ruimte neergelegd bij Gedeputeerde Staten (artikel 3.9 Verordening
water Noord-Brabant). Door intrekking van Bijlage III van de Verordening water
Noord-Brabant en vaststelling van de bij deze regeling gevoegde kaarten wordt de
begrenzing van de beschermde gebieden waterhuishouding, attentiegebieden en de
natte natuurparels als bedoeld in artikel 3.8 van de Verordening water
Noord-Brabant aangepast.
Vergelijking van de bestaande gebieden in de Verordening water Noord-Brabant met
de meest recente begrenzing van de EHS heeft geleid tot een groot aantal
verschillen. Voor de totstandkoming van de nieuwe begrenzingen in de Verordening
water is uitgegaan van de volgende uitgangspunten: a. gaten kleiner dan 10 ha.
binnen de EHS zijn opgevuld als onderdeel van het beschermd gebied
waterhuishouding, gaten groter dan 10 ha. zijn niet opgevuld; b. percelen aan de
rand van EHS die uit de EHS zijn gehaald, vervallen als beschermd gebied
waterhuishouding. Als deze percelen in of tegen een natte natuurparel aanliggen,
krijgen ze de status van attentiegebied; c. als er percelen aan de randen van
natte natuurparels de status van EHS en beschermd gebied waterhuishouding kwijt
raken, is bezien of de begrenzing van het attentiegebied moet worden aangepast.
Als het attentiegebied ongeveer dezelfde breedte houdt heeft geen wijziging
plaatsgevonden; d. percelen die een nieuw onderdeel van de EHS vormen, krijgen
de status beschermd gebied waterhuishouding.
Tijdens de periode van terinzagelegging zijn zes inspraakreacties ingediend. Dit
heeft geleid tot een aanpassing van de begrenzingen van de natte natuurparels
Moerputten/Vlijmens Ven en Sompen/Zooislagen. Enkele percelen die tot de EHS
(beschermd gebied waterhuishouding) behoorden zijn toegevoegd aan deze natte
natuurparels omdat de EHS ter plaatse een nauwe relatie heeft met de natte
natuurparel en er bij Sompen/Zooislagen sprake is van vochtige
natuurbeheertypen. De aanpassing heeft geen gevolgen voor de begrenzing van de
attentiegebieden
’s-Hertogenbosch, 6 maart 2012 Gedeputeerde Staten voornoemd,
de voorzitter de secretaris prof. dr. W.B.H.J. van de Donk drs. W.G.H.M. Rutten