Projecten in alle sectoren van de Brabantse samenleving worden hierdoor geraakt. Op dit moment brengt de provincie in kaart wat de precieze gevolgen zijn. Ook wordt gekeken naar welke maatregelen zo snel mogelijk genomen kunnen worden om Brabant weer open te krijgen.

Uit de Natuurdoelanalyses blijkt dat de natuur in de Brabantse Natura 2000-gebieden verslechtert. De verplichte Europese natuurdoelen kunnen met de huidige maatregelen niet worden behaald. De problemen worden veroorzaakt door een mix van verzuring, vermesting en verdroging, dat per gebied verschilt. Een diversiteit aan planten en bomen hebben hieronder te lijden en verdwijnen langzaam maar zeker uit de gebieden. Dat heeft onder meer tot gevolg dat het aantal insecten vermindert, waardoor in sommige gebieden bepaalde vogels en andere dieren niet meer kunnen leven. Als deze ontwikkeling zich verder doorzet, krijgen we een totale verschraling van de natuur. Dat heeft negatieve gevolgen voor klimaat, milieu, leefomgeving en gezondheid. Overigens geldt dit niet alleen voor Noord-Brabant. Een groot aantal provincies kampt met dit probleem.

Vergunningverlening

Het gevolg van de geconstateerde verslechtering is dat de vergunningverlening voor aanvragen met stikstofeffecten op Natura 2000-gebieden voorlopig stil komt te liggen. Deze ligt stil totdat de benodigde aanvullende maatregelen zijn geborgd en de effecten ervan voldoende zeker zijn. Projecten in alle sectoren van de Brabantse samenleving worden hierdoor geraakt. Voor projecten op het gebied van infrastructuur, landbouw, industrie, woningbouw, maar ook projecten om te verduurzamen kan in elk geval tijdelijk geen vergunningverlening plaatsvinden. Projecten waarbij geen sprake is van stikstofdepositie op de betreffende Natura 2000-gebieden kunnen wel worden uitgevoerd.

Aanvullende maatregelen

De provincie was al vroeg actief om de problemen aan te pakken met onder andere de Brabantse Ontwikkelaanpak Stikstof en de Gebiedsgerichte Aanpak. De Natuurdoelanalyses bevestigen die noodzaak. Helaas blijkt dat dit beleid nog niet voldoende is.
“We moeten onze aanpak uitbreiden en versnellen”, aldus gedeputeerde Hagar Roijackers. “Aanvullende maatregelen zijn nodig om aan de Europese doelstellingen te voldoen. En om de natuur – en daarmee onze leefomgeving - op orde te brengen. Het gaat daarbij zowel om maatregelen in de gebieden zelf als direct eromheen. Maar ook het verlagen van de stikstofdepositie van bronnen buiten het gebied is van belang.”
Dat kan de provincie niet alleen. Vanuit het Rijk is meer duidelijkheid nodig op het gebied van stikstof, vergunningverlening en landbouw. De provincie roept dan ook op om met deze duidelijkheid te komen, zodat de aanpak in zowel Brabant als in de andere provincies kan worden geïntensiveerd.

Over de natuurdoelanalyses

In opdracht van het ministerie van LNV maken alle provincies een gebiedsplan als onderdeel van het Nationaal Programma Landelijk Gebied. Op 1 juli 2023 moet het Brabants Programma Landelijk Gebied gereed zijn. Als onderdeel daarvan heeft de provincie de wettelijke taak om Natuurdoelanalyses te maken. In opdracht van de provincie hebben twee gespecialiseerde bureaus een natuurdoelanalyse gemaakt van 15 Natura 2000-gebieden. Voor de gebieden die deels in Brabant liggen staan andere provincies aan de lat om deze op te stellen. De provincie legt de natuurdoelanalyses op 1 maart voor aan de Ecologische Autoriteit. Deze toetst de kwaliteit van de analyses. Na advisering door de Ecologische Autoriteit vindt waar nodig aanpassing plaats

Contact

Analyses bevestigen slechte staat natuur Brabant

Zie ook

  • 1. Hoe lang kunnen er geen vergunningen worden verleend? Wanneer kan Brabant weer open?
    Deze ligt tijdelijk stil totdat de benodigde aanvullende maatregelen geborgd en de effecten ervan voldoende zeker zijn. Per gebied is in de Natuurdoelanalyses beschreven wat nodig is om de natuur te herstellen, deze maatregelen moeten snel worden uitgevoerd. Bij de meeste gebieden is een belangrijke maatregel om de stikstofneerslag te beperken voor het herstel van de natuur.
  • 2. Om hoeveel vergunningen gaat het? Om wat voor soort vergunningen? Gaat dit per direct in?

    De impact van de Natuurdoelanalyses geldt per direct. Het betreft de meest recente wetenschappelijke inzichten waar binnen vergunningverlening rekening gehouden moet worden. Het gaat om vergunningen in het kader van de Wet natuurbescherming en dan met name de vergunningaanvragen, waarbij sprake is van een stikstoftoename (extern salderen, dan wel salderen middels een depositiebank). Deze kunnen niet vergund worden totdat er voldoende maatregelen geborgd zijn waar de effecten voldoende zeker van zijn. Dit is een juridische eis. Op het moment van gereedkomen van de Natuurdoelanalyses liggen er ruim 100 van dit soort aanvragen bij de omgevingsdienst. Het gaat om aanvragen verdeeld over verschillende sectoren.

  • 3. Hoe zit het met lopende trajecten?

    Ook lopende trajecten krijgen hier direct mee te maken. De Natuurdoelanalyses betreft de meest recente wetenschappelijke inzichten over de staat van de natuur waar binnen vergunningverlening direct rekening gehouden moet worden.

  • 4. Wat betekent dit voor PAS-melders?

    Ook de vulling van het SSRS en de andere depositiebanken dient getoetst te worden aan de zogenaamde additionaliteit. Dit betekent dat van de ruimte in het SSRS de PAS-melders, als ook de woningbouw en de MIRT projecten hier voorlopig geen gebruik kunnen maken.

  • 5. Welke maatregelen worden er genomen en op welk termijn?

    Dit zal per gebied bekeken en beoordeeld moeten worden. Feit is dat veel natuur nog altijd lijdt onder een grote stikstoflast. Deze zal dus ook naar beneden gebracht moeten worden. Daarnaast lijden veel natuurgebieden onder verdroging. De maatregelen voor het verminderen van stikstofdepositie en verdroging moeten de komende periode verder geconcretiseerd en geborgd worden. Deze gaan ook onderdeel worden van het op te stellen gebiedsprogramma Brabants Programma Landelijk Gebied dat per 1 juli 2023 gereed moet zijn.

  • 6. Hebben de uit te voeren maatregelen voldoende effect en wanneer is dit te verwachten?

    Dit verschilt per maatregel en per habitat. Sommige habitats reageren traag op veranderingen en andere sneller. Dit geldt ook voor de maatregelen zelf. De uitvoering van de maatregelen en de effecten van de maatregelen worden gemonitord.

  • 7. Brabant heeft de afgelopen jaren al veel maatregelen genomen. Waren deze maatregelen niet voldoende?

    De provincie Noord-Brabant was al vroeg actief om de problemen aan te pakken met onder andere de Brabantse Ontwikkelaanpak Stikstof en de Gebiedsgerichte Aanpak. De Natuurdoelanalyses bevestigen die noodzaak. Helaas blijkt dat dit beleid nog niet voldoende is. Onze aanpak moeten we uitbreiden en versnellen. Er zijn aanvullende maatregelen nodig om de stikstofdepositie terug te dringen en verdroging te bestrijden. Daarnaast moeten maatregelen sneller uitgevoerd worden.

  • 8. Gaat het Brabants Programma Landelijk Gebied de problemen met de natuur oplossen?

    Met het Brabants Programma Landelijk Gebied ontwikkelen we een integrale aanpak van de doelen op het gebied van natuur, stikstof, water en klimaat (het landbouwdeel) in het landelijk gebied én de transitie van de landbouw. Omdat de tijd voor het opstellen van het Brabants Programma Landelijk Gebied erg kort is, wordt het een plan op hoofdlijnen. In de komende jaren gaan we het Brabants Programma Landelijk Gebied gebiedsgericht verder uitwerken. Uiteraard allemaal gericht op de daadwerkelijke uitvoering van de noodzakelijke maatregelen en daarmee het bereiken van de doelen.
    We lossen met het Brabants Programma Landelijk Gebied dus niet zomaar even alle problemen op met de natuur. Wel leggen we met het Brabants Programma Landelijk Gebied een goede basis om in de komende jaren effectieve maatregelen te nemen die moeten leiden tot natuurherstel.

  • 9. Wat is de functie van de Ecologische Autoriteit?
    De Ecologische Autoriteit is een onafhankelijk door het Rijk ingestelde partij die onder meer de natuurdoelanalyses en het gebiedsplan toetst. De Natuurdoelanalyses worden getoetst, waarbij beoordeeld wordt of de wetenschappelijke onderbouwing klopt. De beoordeling wordt opgenomen in een advies en deze wordt openbaar gemaakt. Het kan voorkomen dat na het advies van de Ecologische Autoriteit de Natuurdoelanalyse aanpassing behoeft.
  • 10. Kunnen er nog vergunningen worden verleend voor activiteiten die later juist voor minder natuurbelasting zorgen?

    Ja, zolang sprake is van een depositieafname ten opzichte van de referentiesituatie (intern salderen) is dat mogelijk.

  • 11. Wat kan het Rijk doen voor Brabant? Is ontheffing mogelijk?

    We dienen ons te houden aan de afspraken die we met Europa hebben gemaakt. Daarnaast is een gezonde natuur ook noodzakelijk voor een gezond leefklimaat. De provincie neemt haar taak serieus en zal alles in het werk stellen samen met het Rijk en haar partners om de negatieve trend te doorbreken en te zorgen dat de natuur verbeterd.

  • 12. Wat is de rol van Europa?

    Nederland heeft zich gecommitteerd aan de in Europa vastgelegde afspraken. Dit is vastgelegd in de aanwijsbesluiten per Natura 2000-gebied. Nederland heeft voor deze gebieden en de natuur in deze gebieden een internationale opgave. Onder meer deze gebieden moeten ervoor zorgen dat we voldoende natuur in Europa is en blijft en dat de kwaliteit daarvan op orde is.